· 

Is dat nou echt wel zo belangrijk?

‘Is het nou echt wel zo belangrijk?’
‘Daar leren ze toch niks van?’

 

Een veelgehoorde vraag en opmmerking als ik met mensen praat over beeldend werken met kinderen. Mijn antwoord daarop is: Ja, het is echt wel zo belangrijk. En Ja, daar leren ze heel veel van. Al hangt aan die laatste wel met een ‘mits’. Daar kom ik later op terug.

 

Waarom is het dan zo belangrijk? Kinderen leren over de wereld en zichzelf door te ervaren en te onderzoeken. Ze laten hun ‘sporen’ achter in het zand, in de modder of in de yoghurt die op tafel is geknoeid. Jonge kinderen denken daarbij nog niet na. Al experimenterend geven kinderen betekenis aan hun zelfgemaakte sporen. Een streep kan een glijbaan worden of een boom. Een boog kan een brug worden of een parachute. Een kind beseft dat het zelf de maker is van dat spoor: ‘Kijk eens mama?’ zegt het trots. ‘IK gemaakt!’ Daarvan groeien kinderen.

 

Jonge kinderen weten vaak nog niet wat ze gaan maken. Het gaat om het voelen, het zien, het ruiken, de beweging; het ervaren. En opeens is er ‘iets’. ‘Wow!’Het is geweldig om zo’n ‘wow-moment’ mee te maken. Hoe verwonderd kinderen dan zijn. Of hoe trots. Hoe ze no meer willen ontdekken.

 

En wat is dan de ‘mits’? Wij als volwassenen zijn geneigd om kinderen te willen ‘helpen’. We doen voor hoe je mens tekent.  We maken opmerkingen als: ‘de zon is toch niet groen?’ We vertellen ze dat het water blauw is en in het ergste geval nemen we het potlood, de kwast of de schaar over en zeggen: ‘Laat mij dat maar even doen.’ Kinderen verbeelden hun eigen werkelijkheid. Niet de jouwe of die van iemand anders. Beeldend werken draagt bij aan het ontwikkelen van een eigen beeldtaal, hun eigen unieke ik.

 

Jonge kinderen leren veel meer van hun eigen ervaringen dan wanneer je ze alles kant en klaar aanreikt of  een voorbeeld op tafel zet om ‘na te maken’.

Een kind kan gefrustreerd raken als iets wat ze gemaakt hebben er niet uit ziet als het voorbeeld. Of ze gaan vragen: ‘Kan jij dat even voor mij doen?’ Het is dus van belang dat je kinderen ‘laat’. Als ze om hulp vragen, kan je vragen wat ze moeilijk vinden en stimuleer je ze om zelf een oplossing te bedenken. Lukt het écht niet, probeer dan eerst samen.

 

Kinderen beschikken nog over pure verwondering, verbeeldingskracht zonder grenzen en het creatieve vermogen om van ‘niets’ ‘iets’ te maken. Ze worden niet beperkt door de functie of de ideeën die de grote mensenwereld eraan toekent of over heeft.

Waarom is het dan zo belangrijk om ze deze gave te laten behouden? In onze hedendaagse maatschappij is probleemoplossend en flexibel denken een zeer welkome eigenschap. De wereld veranderd in een rap tempo. Prikkels en informatie komen uit alle hoeken. Er wordt een beroep gedaan op ons aanpassingsvermogen, snelheid, flexibiliteit maar ook op originaliteit om ons te onderscheiden van de ‘massa’.  

Nog steeds twijfel of ze er wel iets van leren?  Klik dan hier om te kijken naar een filmpje waarin Mark Mieras uitlegt waarom kunsteducatie broodnodig is.

Reactie schrijven

Commentaren: 0