Educatie, coaching en vrij werken.

Al geruime tijd ben ik bezig met het onderzoeken van grenzen, overeenkomsten, balans, kortom het wat wel en niet op verschillende vlakken binnen beeldend werken waar ik me mee bezig houd: educatie, therapie en vrij werk.

In de klas laat ik kinderen meestal volgens een opdracht werken waarin een bepaald thema, beeldaspect, techniek of materiaal centraal staat. We bekijken vooraf beelden die aansluiten bij de opdracht.

Laat ik kinderen ‘vrij’ werken, dan merk ik dat ze dit enorm moeilijk vinden. Ze weten zich met deze ruimte geen raad. Ze weten niet waar te beginnen, wat ze moeten maken. "Heb jij een opdracht?" Of ze vervallen in stereotype dingen tekenen of juist dingen die ze heel goed kunnen. Waarvan ze vaak horen: “Wauw, dat kan jij goed!” of “Dat is mooi.” Maar leren ze er iets van? Meestal niet.


Tijdens de coaching/therapie geef ik een kind een opdracht waar je het kind naar een bepaald doel toe laat werken. Ik kies voor een bepaald materiaal met een reden. Maar ik heb ook wel eens kinderen gehad die weigerden een opdracht te doen en zelf aangaven wat ze wilden doen. In gesprekken met collega therapeuten waren de meningen hierover verdeeld. De één vond dat ik de leiding moest nemen en moest sturen, de ander vond dat het juist goed was dat ik met de behoefte van het kind mee ging.

 

In de loop van de jaren ben steeds meer een begeleidende rol gaan aannemen. Als een kind vastloopt geef ik opties waaruit het kan kiezen. Ik doe iets voor, laat zien wat effecten kunnen zijn en laat dan het kind zelf keuzes maken.

‘Sporen maken sterkt de eigenwaarde.’ Schreef ik onlangs op bij de training atelier in een koffer. En dit is wat voor mij één van de belangrijkste aspecten is van beeldend werken. Jezelf mogen zijn. Vertrouwen hebben in jezelf. Tevreden zijn met wie je bent en met wat je kan. Trots zijn op wat je hebt ontdekt en gemaakt. Laat (jezelf) maar zien! Educatief of coaching. Dat maakt in deze geen verschil. Dat ik kinderen daarin mag begeleiden maakt mij een blij mens.